QHSE / E. Kabel
08 Gevaarlijke stoffen en Biologische agentia
 >  Gasflessen opslag
Introductie

Er worden bij verschillende werkzaamheden gassen gebruikt, maar gassen dienen ook opgeslagen te worden. Voor de opslag van gas kan men gebruik maken van flessen, flessenbatterijen of tanks. Wanneer er meer dan vier flessen door middel van een hogedrukleiding aan elkaar gekoppeld zijn, spreek men over een flessenbatterij. Voor informatie m.b.t. het transport wordt verwezen naar de toolbox “Gassen transport”.

Samengeperste gassen kunnen worden ingedeeld in de volgende categorieën:

  • Brandbare gassen: binnen bepaalde concentratie aanwezig in de lucht kunnen deze ontbranden of exploderen wanneer er een ontstekingsbron aanwezig is;
    Voorbeelden zijn: Acetyleen, Ammoniak, Waterstof, Propaan, Propyleen, Methaan.
  • Oxiderende gassen: deze dragen, door afgifte van zuurstof, bij aan de (snelle) verbranding van andere materialen, bijvoorbeeld ook kleding. Zij mogen niet in contact komen met vet, oliën of andere organische materialen of zelfs kleine hoeveelheden van die materialen;
    Voorbeelden zijn: Zuurstof, Lucht, Stikstofdioxide.
  • Inerte gassen: deze verlagen de zuurstofconcentratie en zijn om die reden gevaarlijk;
    Voorbeelden zijn: stikstof, kooldioxide, argon.
  • Giftige en corrosieve gassen: deze zijn bij bepaalde (soms al zeer kleine) concentraties in de lucht giftig en kunnen bij inademing leiden tot schade (bijvoorbeeld aan de longen) of tot de dood.
Risico's > Wat kan er gebeuren?

Het risico van opslag van gassen is afhankelijk van het soort gas en de manier van opslag en transport. Verschillende soorten risico’s kunnen ontstaan door:

  • Bij opslag in flessen;
    • Door verhitting van de inhoud door blootstelling aan directe zonnestralen of werkzaamheden in de directe omgeving daar van. Door deze verhitting zal het gas gaan uitzetten, met een ontploffing als gevolg.
    • Door verkeerde handelingen door onbevoegden aan de koppeling tussen fles en distributieleiding, waardoor ongecontroleerd uitstromen van gas mogelijk is. Hierdoor zal er minder zuurstof in de omgevingslucht ontstaan en/of mogelijk ontploffingsgevaar (afhankelijk van het soort gas).

  • bij opslag in een flessenbatterij;
    • In samenhang met de plaatsing van een batterij in een afgesloten ruimte. Hierdoor ontstaat een kans op verzameling van gassen in de ruimte met als gevolg verdringing van zuurstof en/of explosie gevaar. Dit kan ontstaan door lekkages aan het hoogdrukgedeelte van de batterij of door het niet goed aansluiten van slangenpakketten of losse flessen.
  • bij opslag in tanks;
    • Deze vorm van opslag doet zich algemeen binnen Unica niet voor, echter wel bij sommige van onze klanten. In tanks wordt gas in vloeibare vorm opgeslagen. Dit wordt bereikt door koeling of samen persing van het gas. Bij lekkage uit een tank van brandbaar gas kan bij ontsteking opwarming in de tank ontstaan met alle gevolgen van dien.


Maatregelen > Wat moet je doen?

Opslag van gasflessen

Voor de opslag van flessen gelden de eisen zoals gesteld in de PGS 15. Volle en lege gasflessen dienen gescheiden te worden opslagen. Ook wanneer flessen leeg zijn, mag het nooit voorkomen dat lege gasflessen en lege zuurstoffen ongescheiden bij elkaar staan. Om beschadiging van flessen door omvallen te voorkomen, dienen flessen vast gezet te worden met kettingen of beugels in rekken of tegen de muur.

Open opslag
Bij open opslag van flessen dient er een plek gekozen te worden, die niet blootgesteld wordt aan directe zonnestralen en verder dienen de flessen beschermd te worden tegen weersinvloeden. Wanneer het mogelijk is dient er een plek gekozen te worden, die makkelijk afgeschermd kan worden met een afsluitbaar hek. Tevens dient een brandblusser en de nodige markeringen / gevaaraanduidingen aanwezig te zijn.

Opslag in afgesloten ruimten
Bij opslag van flessen in afgesloten ruimte zijn de volgende regels van belang:

  • De ruimte dient goed verlicht te zijn met gasdichte armaturen;
  • Er dient goede ventilatie aanwezig te zijn;
  • De ruimte dient goed afgesloten te kunnen worden;
  • De afmetingen dienen zo te zijn dat de in de ruimte geplaatste flessen goed toegankelijk zijn en blijven;
  • De afscheiding tussen opslag van gas- en zuurstofhoudende flessen en de werkomgeving dienen brandwerend te zijn;
  • Brandblusapparatuur dient binnen handbereik aanwezig te zijn;
  • Bij opslag van brandgevaarlijke gassen dient de elektrische installatie explosieveilig te zijn uitgevoerd;
  • Deuren dienen bij opening naar buiten te draaien;
  • Wanneer er gasflessen met acetyleen zijn opgeslagen dient er aan de buitenzijde van de opslagruimte duidelijk leesbaar te zijn: acetyleen, ontploffingsgevaar, open vuur verboden.​​​​​​​

Opslag van flessenbatterijen 

Voor de opslag van gassen in flessenbatterijen gelden dezelfde regels als voor opslag in de buitenlucht. Alleen voor acetyleen en propaangas batterijen kunnen er afhankelijk van de verstrekte milieuvergunning aanvullende maatregelen zijn, zoals:

  • Aanwezigheid van een sproeileiding over de acetyleen flessen;
  • Of de flessen dienen zo goed mogelijk beschermd te zijn tegen mogelijke beschadiging.

Opslag in tanks

Bij opslag van gas in tanks dient er rekening te worden gehouden met bepalingen uit de Wet milieubeheer. De toegang tot de plaats waar de tank is opgesteld dient altijd vrij gehouden te worden. Dit is om de leverancier toegang te verlenen, maar ook voor in geval van nood bij lekkage of iets anders.

Symbolen

Op elke gasfles staan verschillende symbolen. Elk symbool heeft zijn eigen betekenis in relatie tot veiligheid en/of houdbaarheid. Sommige informatie staat op stickers, andere informatie is in de fles ingeslagen.

Elke cilinder heeft zijn eigen unieke identificatienummer en is voorzien van informatie zoals het volume, bruto(gevuld) en netto(leeg) gewicht, testdruk, keurstempel en laatste keurdatum.

Middels gevaarsymbolen wordt aangegeven welke inhoud (gassoort of gasgroep) de fles heeft, welke gevarenklasse deze stof heeft en welke risico’s deze met zich mee brengt. Deze eigenschappen zijn vervolgens in meer detail beschreven op het Werk Instructie kaarten (De WIK's staan opgeslagen in de Veilig Unica app bij ''Documenten''). Ook is op de fles aangegeven wie de eigenaar van de gasfles is.

Discussie > Bespreek het met je collega’s!

Ga met elkaar in gesprek over het volgende:

  1. Worden de gasflessen (op locatie) op de juiste manier opgeslagen?
Tips > Voor meer informatie
  • Zorg bij opslag van gas voor een goed geventileerde ruimte of plek;
  • Zorg dat de opslagplaats van gas op veilige afstand van warmte- en ontstekingsbronnen is;
  • Geef door middel van pictogrammen aan wat de gevaren zijn;
  • Zorg dat er voldoende brandblussers in de buurt zijn;
  • Zorg dat onbevoegden geen toegang hebben tot de gasopslag en dat de toegang vrij is van obstakels;
  • Zorg er voor dat de gasflessen verticaal blijven staan en beschermd zijn tegen omvallen en beschadiging. Dit is omdat de flessen anders gas lekken of hierdoor een hevige reactie ontstaat, met explosie tot gevolg;
  • Zet geen gasflessen op elkaar;
  • Het keurtermijn van flessen mag niet overschreden worden;
  • Markeer lekke of defecte flessen op een duidelijke en goed zichtbare manier;
  • Denkt u dat er ergens een gaslek op de fles of aansluiting is, dan kan u dit controleren met zeepsop of speciale lekspray;
  • Is er een fles met het brandbaar gas acetyleen omgevallen en wordt deze gasfles warm, koel deze dan met water, en neem contact op met de plaatselijke brandweer en de leverancier van het gas;
  • Ga voorzichtig en niet ruw met gasflessen om;
  • Zie toe op correct gebruik van de gasflessen opslag en corrigeer eventuele afwijkingen direct.

Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.